OV-chipkaart
27/01/2011 Plaats een reactie
De OV-chipkaart haalt de afgelopen dagen het nieuws met de mogelijkheid om gratis te reizen. De ontwikkelaar van het systeem (Trans Link Systems) blijft laconiek reageren en ontkennen dat er iets aan de hand is. Zou binnen TLS de mening overheersen, dat het helpt om de ogen te sluiten? Als je het probleem niet ziet, bestaat het ook niet. Het is een fenomeen dat een hele organisatie kan verlammen.
Denk je het volgende gesprek in. Een ontwikkelaar komt bij zijn baas en zegt: “Als wetenschappers in 2008 de chip kunnen kraken, dan kunnen anderen dat wellicht ook over een paar jaar”. Bij zijn baas komt een ongemakkelijk gevoel op. De investeringen zijn immens, het project heeft al vertraging opgelopen en de politiek is onrustig. De boodschap past niet in het beeld van een voorspoedig verlopend project. Met rode vlekken voor zijn ogen rationaliseert hij het probleem weg: “Welnee, het is een handjevol wetenschappers die zeer goed in wiskunde zijn. Geen systeem is perfect. De strippenkaart is immers ook te kopiëren. Bovendien is fraude strafbaar”. Spoedig is een sfeer gecreëerd dat het tijdverspilling is om het probleem in kaart te brengen en naar verbeteringen te zoeken. Dit is niet uniek voor TLS. Het is misschien wel uniek voor de mens en wordt in de psychologie aangeduid met cognitieve dissonantie.
Maar er is meer aan de hand met de OV-chipkaart. Ik heb er inmiddels een tiental trein- en busreizen mee gemaakt. Ik ervaar het systeem als gebruiksonvriendelijk. Het lijkt ontwikkeld met andere doelstellingen in gedachten dan de gebruiker (passagier). Het in- en uitchecken is leuk voor een bus, waarbij je tijdens in- en uitstappen langs het kastje loopt. Bij de trein vergeet je het gemakkelijk. Ik ben al twee keer vergeten uit te checken (kassa voor de NS). Na een lange reis is mijn hoofd met andere dingen bezig. Als je geen treinforens bent, wordt het ook geen routine om langs dezelfde uitcheckpaal te lopen.
Vergeten is menselijk. Alleen de conducteur roept om dat je moet uitchecken en je bagage niet moet vergeten. Hoe goed de tweede boodschap werkt, blijkt uit de 50.000 voorwerpen die per jaar in de trein achterblijven. Het liefst zou ik gewoon een treinkaartje met begin en eindstation op mijn chipkaart hebben staan. De conducteur kan dan bovendien zien waar ik naartoe ga en eventueel advies geven over de reis.
Ten opzichte van de projectkosten is het een kleine investering om een systematische evaluatie (risicoanalyse) uit te voeren. Dit had bij de chipkaart bijvoorbeeld met de FMEA-methode gedaan kunnen worden. Een multidisciplinair team loopt dan systematisch door gebruiks- of fraude scenario’s. De evaluatie levert een totaalbeeld op van leemtes en risico’s in het ontwerp. Elk geconstateerd probleem is bovendien voorzien van een prioriteit. De beslissing om een probleem wel of niet aan te pakken wordt daarmee objectief en bewust genomen.